Serc

Historie van Hilversum

Historie van Hilversum

Het ontstaan van Hilversum en wetenswaardigheden over Hilversum

 

Terug naar Overzicht Hilversum

Geschiedenis

Volgens naamkundigen is Hilversum een hemnaam, oorspronkelijk Hildifridishaim. Namen als deze dateren uit de vroege middeleeuwen. Dit stemt heel aardig 

overeen met de archeologische vondst aan de Liebergerweg in Hilversum, waaraan het begin van deze eeuw een grafveld werd gevonden dat van de zevende of 

achtste eeuw zou zijn.

Net als Laren, Blaricum en Huizen is Hilversum gesitueerd aan de oostrand van de stuwwal. De plaatsen moeten zijn ontstaan in een tijd dat het gehele Gooi nog sterk 

bebost was en het gebied zowel aan de oost- als aan de westkant grensde aan uitgestrekte hoge venen. Die venen moeten een hoogte hebben bereikt van wel 5 

meter boven het huidige N.A.P. Waar ze aansloten op de stuwwal was een plaats met water, deels afkomstig van de hoge gronden en deels uit liet veen zelf. Die 

waterrijke goot was natuurlijk bij uitstek een plaats voor vestiging. Vooral de relatief steile oostrand leende zich daarvoor. Het is dus niet toevallig dat de oude kernen 

van de hierboven genoemde Gooise dorpen alle liggen op of nabij de vijf meter hoogtelijn. In Hilversum herinnert de Groest nog aan die vroege situatie. 'Groest' of 

'Groost' zou drassige plek betekenen. Van de vestigingen rond het jaar 1000 moeten we ons geen overdreven voorstelling maken. Hooguit kleine groepjes van 

primitieve boerenbedrijfjes. Maar wellicht toch het begin van de latere dorpen. Van het voor het Gooi zo kenmerkende potstalsysteem was waarschijnlijk toen nog geen 

sprake.

Het gehele gebied lag ingesloten door de venen en was sterk geïsoleerd. Vanaf 968, toen Naerdincklant door Graaf Wiehman II van Hamalant aan het 'Jufferenstiff' van 

Elten werd geschonken, was de meest aangewezen verbinding waarschijnlijk die over het Almere, het binnenmeer dat later Zuiderzee werd. Een lange droogteperiode 

in de volgende eeuwen zorgde voor ontwatering en een snelle oxidatie van de venen, waardoor deze toegankelijk en voor landbouw en turfwinning bruikbaar werden. 

Het isolement van het Gooi en met name het meest zuidelijke deel waar Hilversum is gesitueerd, werd in de eeuwen daarna geleidelijk minder.

Onder het bestuur van Elten, dat drie eeuwen heeft geduurd, moet het potstalsysteem zijn ingevoerd, dat de Gooise nederzettingen hun specifieke vorm heeft gegeven. 

De zandgronden van de stuwwal waren van nature voedselarm en moesten worden bemest. Het potstalsysteem bood hiervoor een goede oplossing. Hierbij werd het 

vee ës nachts opgesloten in een beperkte ruimte, de potstal, waarin plaggen uitgestrooid waren die met de mest van de dieren een goed mengsel vormden. Dit 

mengsel werd in het voorjaar over de akkers, de engen of essen, uitgestrooid. Het lag voor de hand om het akkerland, de engen, direct om de woonkernen te situeren. 

Dat heeft later nog heel wat problemen gegeven. De oude dorpskern, de brink of soms ook meer brinken, werden omgeven door een aantal boerderijen. Die oude 

kern werd door de engen omsloten. En toen de dorpen welvarender werden, in inwonertal groeide, moesten de nieuw te bouwen boerderijen en huizen tussen de 

bestaande worden gebouwd. Het rommelige karakter en het kleinschalige stratenpatroon van de Hilversumse kern en die van andere Gooise dorpen is daar nog een 

restant van. Overigens een rommeligheid en een kleinschaligheid, die in het algemeen nog steeds positief worden gewaardeerd.

 

Terug naar het overzicht